zaterdag 3 mei 2014

Taal

Hoe redt je het nu met de taal? werd me laatst gevraagd.
Het is alweer 7 maanden geleden dat ik naar Noorwegen ben verhuisd. De tijd vliegt, het werk is een vaste baan geworden en van de tijdelijke vakantiewoning ben ik verhuisd naar een huurhuis waar ik kan blijven zolang ik wil. Het huis zelf is fijn, lekker ruim met mooi uitzicht. Jammer alleen van het verkeer dat er vlak voor langsraast en zich meestal niet aan de max. snelheid van 40 km/u houdt. In de tuin kan ik hout sprokkelen voor de kachel, maar door de steile helling moet ik me schrap zetten om niet omlaag te glijden.

Het werk op de bus gaat goed, de routes kan ik dromen. Er zijn er 4 die in de stedenband Skien - Porsgrunn blijven en 5 die daar buiten komen. De variatie is dus wat kleiner dan in Haarlem en omgeving. Maar de nieuwigheid is er nog niet af dus saai is het nog lang niet. Er zijn diverse typen Volvo-bussen - oud, nieuw, stad, streek. De stadsbussen zijn niet echt comfortabel en soms zit je wel 5 uur achter elkaar te sturen met vastzittende fietsbenen tot gevolg.
De collega's zijn best aardig maar erg veel kom ik ze niet te spreken. Met de 2 andere nederlanders gaat dat het makkelijkst, de rest komt uit Irak, Polen, Kroatiƫ, Somaliƫ en Noorwegen.

Met de taal merk ik een lichte vooruitgang het laatste halfjaar. Stond ik in het begin te hakkelen  en verstond ik er weinig van, nu hoef ik me nauwelijks nog voor te bereiden op een gesprekje en kan zo beginnen. Toch wordt er vaak snel en in dialecten gesproken en dat maakt het lastig te verstaan. Dan was ik op de cursus in Haarlem verwend met duidelijke uitleg en makkelijke oefeningen. En wat heb ik voor oefening op de bus? Mensen stappen in, checken in en gaan zitten, vaak zonder een woord te zeggen. Je hebt een paar standaardzinnetjes en dat was het dan. In dit beroep hoeft er ook niet zoveel gesproken te worden.  Is dat erg? Nee. Het komt vanzelf wel. Niet op de bus, dan wel in het leven ernaast.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten